"Exploring the future of work & the freelance economy"
SLUIT MENU

Spaanse zzp’ers en hun collectieve sociale zekerheid: zo werkt dat en dit kost het

Zelfstandig ondernemers in Spanje dragen verplicht bij aan sociale verzekeringen en het pensioenstelsel, in tegenstelling tot zelfstandigen in Nederland. Een overzicht van kosten en baten voor de zzp’ers.

Terwijl een sociaal basisstelsel voor alle werkenden in Nederland voorlopig een toekomstdroom is, bestaat zo’n soort systeem al lang in Spanje. Alle werknemers en ondernemers in Spanje zijn verplicht deelnemer aan het sociaal zekerheidsstelsel.

Basisbedrag of maximumverzekering

Wie in loondienst werkt is automatisch verzekerd via zijn werkgever, een zzp’er moet zich eerst aanmelden bij de Seguridad Social (de sociale zekerheid). Vervolgens betalen zzp’ers maandelijks minimaal 289 euro aan sociale premies (2021), ongeacht wat zij verdienen. Starters krijgen korting: het eerste jaar betalen ze 60 euro per maand. Binnen twee jaar loopt dat bedrag stapsgewijs op.

Deze maandelijkse inleg verzekert werkenden voor een basisinkomen van 944 euro bij ziekte, arbeidsongeschiktheid of pensioen. Dit is ongeveer het minimumloon in Spanje.

Als ze willen, kunnen ze zich voor een hoger inkomen verzekeren. Wie het maximumbedrag van 1245 euro per maand betaalt, is voor een inkomen van 4070 euro per maand verzekerd. Weinig zzp’ers doen dit: uit data van het Spaanse Ministerie van Werkgelegenheid blijkt dat 85,5% het basisbedrag betaalt.

Ziekenfonds, doorbetaling bij ziekte, aov en pensioen

Wat krijgen ze daarvoor terug? Wie meebetaalt aan het sociaal stelsel krijgt een ziekenfondsverzekering (zonder eigen risico en ook voor je partner en kinderen), een uitkering bij ziekte (maximaal anderhalf jaar), ouderschapsverlof, een arbeidsongeschiktheidsverzekering en pensioen.

Dat heb je ook wel nodig in Spanje, er zijn weinig algemene voorzieningen zoals in Nederland. Het bedrag dat je ontvangt bij ziekte, pensioen of arbeidsongeschiktheid is afhankelijk van allerlei voorwaarden. Hoe lang draag je bij aan het systeem? In hoeverre ben je arbeidsongeschikt? Heb je een partner of kinderen? Waar ben je ziek geworden?

Hieronder een beknopt overzicht en vergelijking met het Nederlandse systeem. Daarbij is het belangrijk om te onthouden dat het leven in Spanje gemiddeld goedkoper is en de lonen flink lager zijn dan in Nederland. Het minimumloon is in Spanje 950 euro, in Nederland is het 1701 euro (2021). Het modaal inkomen in Nederland was 36.500 euro in 2020, terwijl de gemiddelde Spanjaard zo’n 23.000 euro verdiende.


 

In het rapport Zelfstandigheid, flexibiliteit en sociale zekerheid. Een kijkje over de grens’ zette ZiPconomy eerder als eens uitvoerig op een rij het hoe het sociaal en fiscaal stelsel voor freelancers werkt in onder meer België, de VS en Scandinavië. En dat in de context van het Nederlandse debat daarover.

 

 


Ziekenfondsverzekering

Wie meebetaalt, heeft toegang tot de publieke gezondheidszorg in Spanje zonder eigen risico. De Spaanse gezondheidszorg staat in principe goed bekend, maar heeft wel wat beperkingen. Door bezuinigingen in de zorg kunnen wachttijden lang zijn en niet alles wordt vergoed (bijvoorbeeld tandzorg). Zo’n 18% van alle Spanjaarden verzekert zich daarom particulier bij.

Vergelijking met Nederland: De allergoedkoopste basiszorgverzekering in Nederland kost zo’n 1270 euro per jaar met 385 euro eigen risico. Daarnaast betalen alle Nederlanders – ook zzp’ers – via hun aangifte inkomstenbelasting ook een bijdrage voor de zorgverzekeringswet (Zvw). Deze is inkomensafhankelijk.

Daarnaast kunnen zzp’ers in Nederland zorgtoeslag aanvragen als zij een laag inkomen hebben. Voor de laagste inkomens is de toeslag ongeveer gelijk aan de premie en dat maakt een zorgverzekering gratis, los van het eigen risico.

Vergoeding bij ziekte

Als een zzp’er bijvoorbeeld in zijn vrije tijd ziek wordt, krijgt hij een uitkering vanaf de vierde dag dat hij niet kan werken. Van de vierde tot en met de twintigste dag bedraagt de uitkering 60% van het verzekerde bedrag, en vanaf de eenentwintigste dag 75%. Bij een minimuminleg (289 euro per maand voor 944 euro) betekent dat een uitkering van 588 euro voor vier weken zonder werk.

Wordt de zzp’er ziek of gewond tijdens het werk? Dan krijgt hij vanaf de tweede dag een vergoeding van 75%.

Vergelijking met Nederland: Nederlandse zzp’ers krijgen niet doorbetaald als ze ziek zijn, tenzij ze zich privaat verzekerd hebben. Ze kunnen dat ook doen via de vrijwillige verzekering Ziektewet van het UWV voor een maximaal dagloon van 223,40 euro (2021). Voor dit maximale bedrag betalen ze 446 euro per maand. Willen ze het Nederlandse minimumloon ontvangen bij ziekte, dan kost dat ongeveer 150 euro per maand.

Ouderschapsverlof

Zowel moeders als hun partners hebben recht op 16 weken ouderschapsverlof. Ze krijgen dan 100% van het verzekerde bedrag. Voor 85,5% van de zzp’ers is dat dus 944 euro, ongeveer het minimumloon.

Vergelijking met Nederland: Als vrouwelijke zelfstandig ondernemer heb je recht op een uitkering van ten minste 16 weken tijdens en na je zwangerschap. Hier hoef je niet apart voor te betalen. Als je in het jaar voor je bevalling tenminste 1.225 uur als zelfstandige hebt gewerkt, ontvang je de maximale uitkering. Die is gelijk aan het minimumloon.

Partners moeten het zelf regelen: Nederlandse zzp’ers hebben geen recht op geboorteverlof.

Arbeidsongeschiktheidsverzekering

Na 545 dagen uitkering bij ziekte moet een medisch specialist bepalen in hoeverre iemand arbeidsongeschikt is. Er zijn vier mogelijkheden:

  1. De zzp’er kan zijn werk 33% minder goed uitvoeren, maar hij kan nog steeds fulltime werken. In dit geval krijgt hij 24 maanden extra uitkering bij ziekte.
  2. De zzp’er kan zijn beroep niet meer uitoefenen, maar hij kan nog wel ander werk doen. In dit geval krijgt hij een levenslange uitkering van 55%.
  3. Als een zzp’er helemaal niet meer kan werken, krijgt hij 100% van het verzekerde bedrag.
  4. Als een zzp’er niet meer kan werken en extra hulp nodig heeft in zijn dagelijks leven, krijgt hij nog een bedrag bovenop de uitkering.

Vergelijking met Nederland: De Nederlandse zzp’er is niet verzekerd tegen arbeidsongeschiktheid, maar wij hebben wel de bijstand (in 2021 afgerond 1080 euro inclusief vakantiegeld voor alleenstaanden). Een bijstandsuitkering wordt alleen verstrekt als de zzp’er geen vermogen heeft en niet kan terugvallen op een inkomen van zijn partner.

Wat een particuliere arbeidsongeschiktheidsverzekering kost voor zzp’ers, hangt af van allerlei factoren: beroep, leeftijd, medische achtergrond, hoogte van de uitkering en wanneer je wilt dat de uitkering ingaat. Voor een verzekerd bedrag van 25.000 euro per jaar betaalt een 40-jarige accountant gemiddeld 100 euro premie, terwijl een 40-jarige hovenier meer dan 200 euro betaalt.

Pensioen

Pensioen krijgt een werkende als hij minstens 15 jaar meebetaald heeft aan het systeem. De minimumuitkering is ruim 8000 euro per jaar, het maximumbedrag is zo’n 35.000 euro per jaar. Heb je als Spaanse inwoner minder dan 15 jaar bijgedragen aan het stelsel, dan krijg je een staatspensioentje van krap 5000 euro per jaar.

Uit cijfers van de Seguridad Social blijkt dat een gemiddelde Spaanse zzp’er 781 euro pensioen per maand krijgt. Dat is minder dan het minimumloon van 950 euro per maand.

Het is ook zo’n 40% lager dan de uitkering van een gemiddelde Spaanse werknemer, dat is namelijk 1315 euro. Dit heeft meerdere oorzaken en één van de belangrijkste is dat 85,5% van de zzp’ers voor de laagste inleg kiest. Werknemers zijn vaker voor hogere bedragen verzekerd via de werkgever.

Vergelijking met Nederland: In Nederland krijgt iedereen AOW, ook als je nooit of weinig gewerkt hebt. In juli 2021 bedraagt de Nederlandse AOW 1226,60 euro netto (alleenstaande, met heffingskorting). Nederlandse zzp’ers betalen via hun premies volksverzekeringen mee aan dit basispensioen.

Conclusie

Een exacte vergelijking maken is ingewikkeld, want de ene zzp’er is de andere niet. Bovendien is in Nederland veel meer geregeld voor alle inwoners. Zo heeft iedereen recht op de volksverzekeringen Algemene Ouderdomswet (AOW), Algemene nabestaandenwet (Anw) en de Wet langdurige zorg (Wlz). Zzp’ers betalen daar ook aan mee via de premie voor de volksverzekeringen. Verder krijgt elke Nederlandse ouder kinderbijslag en kan in principe iedereen met een laag inkomen aanspraak maken op toeslagen.

Wat een vergelijking ook ingewikkeld maakt, is dat de premies voor aov, pensioen en ziektekosten in Nederland sterk verschillen per leeftijd, gezondheidssituatie en inkomen. Bovendien verschillen de voorwaarden om een uitkering te ontvangen per aanbieder.

Als een gezonde, 30-jarige communicatiespecialist met een belastbare winst van 40.000 euro zich op soortgelijke manier (dus een Nederlands minimumloon) wil verzekeren als een Spaanse collega, betaalt hij 498 tot 598 euro:

  • 106 euro aan zorgverzekering, 192 euro bijdrage voor de zorgverzekeringswet (Zvw)
  • 150 euro aan ziekenfondsverzekering
  • 50 tot 150 euro aan aov, afhankelijk van soort aanbieder (broodfonds en crowdsurance zijn goedkoper, maar hebben andere voorwaarden dan een reguliere aov), gewenste looptijd, etc.

Hij betaalt dus meer dan zijn Spaanse collega, al krijgt hij daar ook een hoger bedrag voor terug als hij het nodig heeft. Maar als hij bijvoorbeeld aannemer, paardrijd-instructeur of ambulanceverpleegkundige is, loopt zijn aov-premie vaak flink op. Hetzelfde geldt als hij ouder of ziek is. Zijn Spaanse collega heeft daar geen last van: iedere ondernemer betaalt hetzelfde.

Kritiek

Lang niet iedereen is blij met het Spaanse systeem, ook de regering niet. Ten eerste omdat het oneerlijk is dat iedere zzp’er dezelfde bijdrage betaalt aan sociale zekerheid. Zelfstandigen met een laag inkomen dragen onevenredig veel bij, soms zelfs meer dan er binnenkomt. Ten tweede komt er momenteel te weinig geld binnen om de pensioenen op lange termijn te kunnen blijven betalen.

De regering stelt daarom voor om de bijdrage voor ziekte, pensioen en aov inkomensafhankelijk te maken. Of dit doorgaat is de vraag, want zzp-organisaties vinden de bedragen veel te hoog. In het huidige voorstel staat namelijk dat zzp’ers met een hoog inkomen (meer dan 48.841 euro per jaar) fors meer gaan betalen: 1.220 euro per maand. De zzp’er die minder verdient is dan wel beter af, maar wie echt weinig omzet heeft draagt nog steeds relatief veel bij. Zelfstandigen die minder dan 3.000 euro per jaar verdienen zouden in het voorstel 90 euro per maand afdragen, grofweg een derde van hun omzet.


Wie is de Spaanse zzp’er?

In 2018 waren er zo’n 3,3 miljoen zelfstandig ondernemers in Spanje, waarvan 60% zelfstandigen zonder personeel. Net als in Nederland, groeit het aantal zelfstandigen jaarlijks. En net zoals bij ons, komen er meer vrouwen dan mannen bij. Tussen 2017 en 2018 was 62% van de starters vrouw.

De Spaanse zzp’er is ongeveer even oud als de Nederlandse. Bijna 50% is tussen de 40 en 54 jaar, 26,8% is ouder dan 55 jaar. Slechts 2% van alle zzp’ers is jonger dan 25 jaar. De helft van de Spaanse zelfstandig ondernemers werkt in de handel, bouw of agricultuur.


 

Lees ook: