"Exploring the future of work & the freelance economy"
SLUIT MENU

Handhaving op schijnzelfstandigheid onuitvoerbaar: politiek moet knopen doorhakken

Dat de Belastingdienst nauwelijks handhaaft op schijnzelfstandigheid is logisch, vindt Bovib. De politiek is aan zet om die handhaving uitvoerbaar te maken en anders naar het zzp-dossier te kijken. In aanloop naar het Commissiedebat over arbeidsmarktbeleid op woensdag 13 april, komt de branchevereniging met aanbevelingen.

De Belastingdienst handhaaft nauwelijks op schijnzelfstandigheid, blijkt uit onderzoek van de Algemene Rekenkamer. Dat komt niet alleen door het handhavingsmoratorium. De fiscus heeft te weinig mensen voor controles en bovendien een flink gebrek aan duidelijke regels.

“Dit bevestigt waar we al langer voor waarschuwen: de wetgeving is niet duidelijk”, zegt Frederieke Schmidt Crans van Bovib, de branchevereniging voor intermediairs en brokers. “Het is niet de schuld van de fiscus dat zij nauwelijks iets tegen schijnzelfstandigheid doen. Zonder duidelijke regels valt er tenslotte niets te handhaven.”

Kritiek op de webmodule

Het overheidsbeleid moet beter, schrijft de Algemene Rekenkamer. Daar is Bovib het mee eens. Het onderzoek bevestigt eveneens de tekortkomingen van de webmodule, een vragenlijst waarmee de opdrachtgever meer duidelijkheid kan krijgen over de arbeidsrelatie en of er voor een bepaalde opdracht een zelfstandige ingehuurd kan worden. Net als Bovib concludeert de Rekenkamer dat de webmodule bepaald ‘geen wondermiddel is’. Veel te vaak geeft de webmodule geen duidelijkheid en ook is de vragenlijst voor situaties van tussenkomst nog steeds niet afgerond.

Deze onduidelijkheid en onrust over wet- en regelgeving zorgt nu al voor vraaguitval naar zzp’ers en terughoudendheid bij opdrachtgevers, merkt Bovib. Ook wordt het gebruik van schijnconstructies niet tegengegaan. Dit is schadelijk voor de economie en met de huidige krapte op de arbeidsmarkt zeer onwenselijk.

Aanleiding voor een nieuwe visie

Schmidt Crans hoopt dat dit rapport een aanleiding is voor de Belastingdienst om in gesprek te gaan met marktpartijen en zo schijnzelfstandigheid effectief te bestrijden. Intermediairs en brokers zorgen juist voor transparantie op de arbeidsmarkt en marktconforme tarieven. Als Bovib nemen wij graag de verantwoordelijkheid om misbruik te voorkomen.

“Ik hoop ook dat het een aanleiding voor de politiek is om op een andere manier te kijken naar nieuwe wetgeving”, zegt Schmidt Crans. “Voordat er gehandhaafd kan worden, is een nieuwe visie nodig. Dat begint met erkennen dat de discussie om twee aparte problemen draait: financieel en sociaal.”

Wat betreft financiën gaat het erom dat sommige politieke partijen willen dat zzp’ers meer bijdragen aan het sociale stelsel. Het sociale aspect is het tegengaan van misbruik: werkgevers die onterecht werken met zzp’ers om onder loonkosten en verantwoordelijkheden uit te komen. “Als duidelijk is over welk punt je discussieert, kun je tot eenvoudigere regels komen”, zegt Schmidt Crans.

Bovib presenteert oplossingen

In aanloop naar het Commissiedebat over arbeidsmarktbeleid op woensdag 13 april stuurde Bovib gerichte aanbevelingen naar de Kamerleden. Deze bieden meer helderheid voor zelfstandigen en hun opdrachtgevers:

  • Begin niet met de webmodule
    Kies in plaats daarvan voor een sterk vereenvoudigd model, vergelijkbaar met de Belgische vragenlijst of Europese richtlijn voor platformwerkers. Beide richtlijnen gaan uit van een beperkt aantal criteria om te bepalen of iemand zelfstandige is of niet. Terwijl de webmodule stuurt op een arbeidsovereenkomst, beoordeelt de Belgische Arbeidsrelatiewet ook criteria die te maken hebben met ondernemerschap. Daarmee erken je een grote groep die bewust voor ondernemerschap kiest.
  • Focus op de basis van de arbeidsmarkt en pak daar de misstanden aan
    De Bovib wil het gebruik van schijnconstructies tegengaan. Ook dat kan met de Belgische Arbeidsrelatiewet. Zo gelden er in België aanvullende criteria voor een zestal sectoren die als fraudegevoelig zijn aangewezen. Die sectorale benadering vergroot de effectiviteit van handhaving.
  • Bescherm kwetsbare groepen met een tariefgrens voor zzp’ers
    Bovib kijkt hierbij met interesse naar het MLT-advies van de SER om een rechtsvermoeden van werknemerschap te laten gelden bij een tarief onder het maximumdagloon van 30 tot 35 euro per uur. Een andere oplossing is een nadere definitie toevoegen aan de Waadi over zzp’ers die via tussenkomst van een intermediair ter beschikking worden gesteld aan de opdrachtgever. Je kan dan vervolgens een aparte bepaling opnemen met een tariefgrens voor zzp’ers.
  • Heb aandacht voor ons sociaal stelsel en het afdekken van ondernemersrisico’s
    De discussie over de fiscale verschillen tussen zelfstandigen en werknemers is complex en beladen. De kern van het probleem is de betaalbaarheid van ons sociale stelsel en de sociale voorzieningen die zelfstandigen (kunnen) opbouwen. Bovib vindt dat ons sociale stelsel betaalbaar moet blijven en pleit ervoor om alle zzp’ers te laten bijdragen aan het sociale stelsel.
  • Maak de fiscale voorzieningen voor zelfstandigen voorwaardelijk aan de opbouw van eigen zekerheden
    Bouw de huidige fiscale voorzieningen om naar één fiscale voorziening voor ondernemers. Die moet gericht zijn op het opbouwen en aanhouden van inkomen en bedrijfsreserves en bijdragen aan het afdekken van inkomens- en ondernemersrisico’s.
  • Betrek zzp-organisaties bij plannen voor een arbeidsongeschiktheidsverzekering voor alle zelfstandigen
    Zzp’ers keerden zich afgelopen tijd voornamelijk tegen het plan voor zo’n verplichte aov, omdat zij niet bij de onderhandelingen werden betrokken.
  • Erken de toegevoegde waarde en rol van intermediairs
    Intermediairs ontzorgen zzp’ers en opdrachtgevers én dragen zorg voor de juiste naleving van de wetten en regels omtrent inhuur. Toch voelt de branche nog weinig erkenning vanuit politiek Den Haag en dat is een gemiste kans. Intermediairs kunnen ondersteunen bij het implementeren van nieuwe wet- en regelgeving en het tegengaan van schijnzelfstandigheid.
  • Voorkom misbruik als gevolg van arbeidsbemiddeling met erkend keurmerk
    Als vertegenwoordiger van tientallen intermediairs en brokers en duizenden zelfstandigen neemt Bovib alvast een eigen verantwoordelijkheid met de introductie van het Bovib keurmerk. De overheid kan actief misbruik, als gevolg van arbeidsbemiddeling, voorkomen door in samenspraak met veldpartijen een keurmerk te ontwikkelen dat garant staat voor de kwaliteit van het type dienstverlening. Bovib deelt graag haar kennis en ervaring hierover.

Lees alle aanbevelingen van Bovib in de position paper Helderheid in zzp-hoofdpijndossier broodnodig voor zelfstandigen.

Bovib, de vereniging en branche-organisatie van de onafhankelijke inhuur-intermediairs in Nederland. Bekijk alle berichten van Bovib

2 reacties op dit bericht

  1. Hoe kan er überhaupt gehandhaafd worden als er geen definitie voor “Schijnzelfstandige” bestaat in Nederland? Vooral de Nederlandse arbeidsmarkt kenmerkt zich door een neo-liberaal beleid zonder inhoudt. De politiek roept, ministeries volgen zonder handvatten en bedrijven leven in onzekerheid over de uitkomst omdat er geen duidelijke definities zijn. Wat betekend “ZZP-er” of “detachering” definities die niet bestaan in de wet? Een vragenlijst is leuk, maar begint met een duidelijke definitie!

    En is de definitie goed vastgelegd én kan burger/ondernemer laagdrempelig een ruling krijgen die rechtszekerheid geeft, pas dan kun je over tot handhaving. In België worden rulings binnen 3 maanden afgegeven door de Administratieve Commissie ter regeling van de Arbeidsrelatie. Dat zij slechts 30 zaken per jaar behandeld geeft aan dat werknemer en zelfstandige en schijnzelfstandigheid duidelijk gedefinieerd is en weinig misstanden kent.

    Laten we ook het doel van handhaving duidelijk definiëren. Dan weten we wat we moeten doen om het te verbeteren. Dan weten we met welk doel we handhaven en hoe we sancties kunnen voorkomen. Anders dan mooie nietszeggende kreten als “solidariteit”, “schadelijk voor de economie” en “slecht voor de arbeidsmarkt”. Als je de onderliggende beleidsnotities leest gaat het om twee zaken;
    1: Tijdige belastinginkomsten: Zelfstandige betalen veel later hun inkomstenbelasting en innen is veel duurder.
    2: De maatschappelijke kosten: In een dienstbetrekking worden de eerste twee jaar bij ziekte en werkloosheid belast bij de werkgever.
    In België valt schijnzelfstandigheid onder “Maatregelen inzake fraudebestrijding en betere inning van belastingen”. Zonder poespas duidelijk waar het om gaat. Ofwel de kosten voor de samenleving te minimaliseren.

    Laten we werkgevers dan motiveren door iets te doen aan de doorbetaling bij ziekte (2-3 jaar in Nederland wat gemiddeld 6-8 weken in Europa is). Om sociale zekerheid betaalbaar te houden moeten we vooral investeren in de loopbaan en beroepsflexibiliteit
    van werkenden, op die wijze zorgen we dat de schade voorkomen wordt en onze verzorgingsstaat betaalbaar blijft. Het verwonderd me dan ook dat we de verzorgingsstaat betaalbaar willen houden door de risico’s zoveel mogelijk op werkgevers te belasten. Dit gaat namelijk vooral ten kosten van de meer kwetsbare beroepsbevolking die blijven hangen in meer onzekere contractvormen en geen toegang hebben door een rechtvaardig perspectief op deelname aan de samenleving.

    Het is niet makkelijk en ook België vond het lastig. Het onderscheid tussen een werknemer en zelfstandige berustte jarenlang op het vage criterium of al dan niet onder gezag werd gewerkt. In Nederland nog steeds ons hoofdargument (zet je te denken hoop ik). In België is het hoofdargument/uitgangspunt de vrijheid van de partijen om de aard van de arbeidsrelatie te kiezen, mits deze overeenkomt met de feitelijke situatie, te beoordelen op grond van algemene en specifieke criteria. Het hoofdargument van België hebben wij een paar jaar geleden helemaal afgeschaft (zet je ook te denken hoop ik).

    Misschien tijd om de definitie van werknemer opnieuw te formuleren en hopelijk met duidelijke definities die rechtszekerheid bieden i.p.v. inspecteur en dure procedure afhankelijk. De algemene criteria in Nederland zijn loon, gezag en persoonlijke aard. In België zijn dit de wil der partijen, keuzevrijheid werktijden, keuzevrijheid werk en hiërarchische controle. En definities die aanpasbaar zijn aan sector en beroep.

    Wetgeving Belgie: (Bron: https://bit.ly/3xhSOXj)

    • Begin ajb met het missen aan de kennelijk noodzakelijke definitie zelfstandige voor je een specialisering ervan begint vorm te geven.

      Meer algemene reactie: hoe kan de overheid iets met toezicht op zelfstandigheid doen als ze zelf voor bijvoorbeeld tolken een vast tarief – niet onderhandelbaar – stellen? Waar is dan de zelfstandigheid volgens de rondzingende beoordelingscrtiteria? Zie https://nos.nl/artikel/2425002-tolken-overheid-krijgen-hoger-uurloon