Hugo-Jan Ruts 2 februari 2018 0 reacties Print Verschil inkomen tussen zzp en werknemer in 10 jaar tijd nauwelijks veranderdWellicht dat flexarbeid steeds goedkoper wordt. Maar dat lijkt niet door zzp’ers te komen. ‘Flex’ drukt lonen, stuwt winsten, zo kopt NRC naar aanleiding van een rapport van De Nederlandse Bank. “DNB nam acht bedrijfstakken onder de loep. Hoe groter de groei van het aantal flexkrachten in een sector, zo vonden de rekenaars van DNB, hoe kleiner het deel van de totale verdiende koek dat naar werkenden gaat. Een groter deel gaat dan naar winsten van bedrijven.” Ik wil die correlatie niet direct ter discussie te stellen. Maar sommige commentatoren suggereren dat deze trend onder andere komt doordat ‘flex’ steeds goedkoper wordt. Daar zet ik, voor wat betreft de zzp’ers, wel vraagtekens bij. Flex bestaat in deze context uit drie componenten. Tijdelijke contracten Inhuur via uitzending/detachering Zzp. Dan blijkt dat de groep ‘flex’ via tijdelijke contracten plus uitzending harder groeit dan het totaal aantal zzp’ers. En waarbij ook nog maar eens opgemerkt dat het aantal zzp’ers dat je kunt toerekenen tot ‘de flexschil’ (=ingehuurd worden door opdrachtgevers, als alternatief [met uiteenlopende motieven] voor een werknemer) beperkt is. Zie ook het diagram hier rechts, die verder staan toegelicht in dit artikel. Inkomensontwikkeling gelijk Gelukkig is het CBS druk bezig om de indeling van haar statistieken te verfijnen, zodat we eventueel ontwikkelingen qua inkomen ook per groep kunnen zien. Vooralsnog moeten we het met inkomenscijfers doen van ‘alle zzp’ers’. Als je uit statline van het CBS het Gemiddeld persoonlijk primair inkomen (dat is: het persoonlijk bruto-inkomen verminderd met premies inkomensverzekeringen met uitzondering van premies volksverzekeringen) van werknemers en zzp’ers in de afgelopen 10 jaar naast elkaar zet, dan valt toch vooral op dat de ontwikkelingen tussen die twee niet echt anders zijn. Bij de zzp’ers is er vooral een (flinke) dip te zien in de crisisjaren, een dip die vooral ook zal komen voor minder gewerkte uren dan (veel) lagere tarieven. Die dip is ondertussen al weer flink gecorrigeerd. Het verschil tussen deze twee groepen in inkomen in 2014 (meest recente cijfers) iets kleiner (6,7%) dan in 2005 (9,5%). Ik durf wel de veronderstelling aan dat anno 2018 dat verschil, gezien de groeiende vraag, de krapte op de arbeidsmarkt en (tot nog toe) beperkte groei van de salarissen, alweer een stuk kleiner is geworden. Zonder vermindering met de premies zijn de inkomensverschillen groter, maar de trend is gelijk (de ontwikkeling gaat gelijk op). Vergelijking van inkomens is overigens lastig, zeker om daarmee dan weer een relatie te leggen met ‘kosten’. Goed onderzoek naar uurtarieven (waaraan je de werkgeverskosten kunt relateren) onder zzp’ers is er niet. In een Amerikaans onderzoek kwam naar voren dat het gemiddeld (jaar)inkomen van enkele freelancers lager ligt dan vergelijkbare werknemers, maar dat het inkomen per (declarabel) uur juist weer hoger lag. Meer weten? Op 12 februari geeft Geert-Jan Waasdorp tijdens de WebinarWeek een webinar met de titel: “Meer regie op tarieven van ZZP’ers. De blackbox van flextarieven voor het eerst geopend”. Zie hier voor meer informatie CBS, tarieven Print Over de auteur Over Hugo-Jan Ruts Hugo-Jan Ruts is 'editor-in-chief' en uitgever van ZiPconomy. Bekijk alle berichten van Hugo-Jan Ruts