D66 pleit voor versoepeling van het urencriterium voor zzp’ers

In Kamervragen aan de minister en staatssecretaris van Financiën verzoekt Kamerlid Steven van Weyenberg (D66) om soepel om te gaan met het urencriterium van zelfstandig ondernemers. Van Weyenberg vreest dat zzp’ers tijdens de coronacrisis te weinig uren kunnen werken en op die manier niet in aanmerking komen voor aftrekposten.

Urencriterium en zelfstandigenaftrek

Eén van de voorwaarden voor zelfstandigenaftrek (7.280 euro per jaar) en startersaftrek (2123 euro, voor beginnende ondernemers), is het urencriterium. Dit houdt in dat zelfstandig ondernemers minstens 1.225 uur per jaar aan hun onderneming moeten besteden. Niet alleen betaalde uren, ook acquisitie en administratie tellen mee. Meer dan de helft van alle zelfstandigen maakt jaarlijks gebruik van de zelfstandigenaftrek.

Het urencriterium wordt trouwens ook gehanteerd om te bepalen of iemand in aanmerking komt voor TOZO, de inkomensondersteuning voor zelfstandigen die door de coronacrisis in acute financiële problemen komen.

Stoppen of uitstellen

Veel zelfstandigen kunnen niet of nauwelijks werken tijdens de coronacrisis. Een aantal maanden geen werk, betekent voor een deel van de zelfstandigen dat ze lastiger aan de 1225 uur komen. En dus dreigen zij een behoorlijk fiscaal voordeel mis te lopen.

De Werkverenging stuurde vorige week een tweet naar Van Weyenberg:

@svanweyenberg hoe gaat de Belastingdienst om met de misgelopen uren van zzp’ers i.r.t. het urencriterium? Stel dat je de 1225 uur niet haalt door de crisis dan loop je € 7030,- zelfstandigenaftrek mis en € 2123,- startersaftrek. Denk dat dit al snel 250.000 zzp’ers raakt.

— Werkvereniging (@werkvereniging) April 3, 2020

Aanpassen of versoepelen

Van Weyenberg vraagt de minister of het mogelijk is het urencriterium voor 2020 aan te passen. Bijvoorbeeld door de uren over de maanden waarin het noodpakket geldt, niet mee te tellen.

Hij refereert aan het besluit van de toenmalig minister van Financiën over de crisisjaren 2009 en 2010. Die besloot dat de Belastingdienst soepel moest omgaan met het urencriterium. “Bent u bereid om ook nu soepel om te gaan als er twijfel mogelijk is over de aannemelijkheid van de uren die niet direct te koppelen zijn aan een opdracht?

Tot slot vraagt hij of het mogelijk is het urencriterium aan te passen in de vooraangifte voor 2020. Hij wil hierop voor 14 april antwoord.

Van Weyenberg is ruim op tijd met zijn vragen, want dit gaat over de aangifte die ondernemers in het voorjaar van 2021 indienen.