Hugo-Jan Ruts 25 maart 2019 2 reacties Print Spotificeren van de loopbaan als Utopia? Over het loskoppelen van zekerheden en het arbeidscontract.De zoektocht naar nieuwe arrangementen voor de arbeidsmarkt van morgen is zeer actueel. Het is ook een zoektocht naar een nieuwe balans tussen individualisering en collectiviteit. Helpt de ogenschijnlijk logische loskoppeling van die zekerheden aan het arbeidscontract daarbij? Op een conferentie over ‘de arbeidsmarkt van morgen’ veel aandacht besteden aan millennials is natuurlijk verstandig. Ze niet alleen hun verhaal laten houden, maar hen ook een onderzoek laten doen is ook nog eens slim. En dat is precies wat de NBBU deed tijdens de jaarlijkse bijeenkomst (zie meer). De mix tussen deze jonge generatie en sprekers uit de gevestigde orde (Leo Witvliet, Mathijs Bouman, Hanneke Bennaars en Bas Haring) leverde een boeiende ochtend op. Met een verwarrend slot. Millenials “Wij millenials zijn allemaal ondernemers. Misschien niet in de letterlijke zin van het woord, maar wel in de zin dat we de regie over onze eigen loopbaan willen nemen.” Zo karakteriseert Daan Stroeken, student natuurkunde en lid van de Young Advisory Group, zijn eigen generatie. Persoonlijke ontwikkeling en plezier staan hoog op hun verlanglijstjes. Volgens Stroeken hebben millennials daarbij een groot besef dat sociale vaardigheden de sleutel tot succes zijn. Ze willen niet afhankelijk zijn van anderen. En ze hebben heel wat te kiezen. Zoveel zelfs, dat keuzestress hun generatie kenmerkt. Dit dan wel met de kanttekening dat de wens tot verkennen en je (nog) niet vast willen leggen, waarschijnlijk meer te maken heeft met de levensfase, dan met de generatie. Feit is wel dat technologie werkenden meer regie geeft over hun leven. Je kunt zo ongeveer alles regelen met je smartphone. Van eerste levensbehoeften als eten tot liefde, van studie tot vrijetijdsbesteding, van nieuwsgaring tot ontspanning. Je kunt zelfs werk en inkomen vinden. Inclusief – voor studenten – het via je smartphone ophogen van je ‘inkomen’ via DUO. Spotify voor werk Millennials versnipperen hun tijd in (mini)taakjes en gebruiken apps om die taakjes zo efficiënt en makkelijk mogelijk te organiseren. Avondeten regelen is vooral de keuze welke app je daarvoor gebruikt. Kies je voor Picnic (ingrediënten laten bezorgen), Thuisbezorgd.nl (als je geen zin hebt om te koken), TheFork (als je niet wilt afwassen) of schakel je via Whatsapp toch maar je ouders in (‘Wat eten jullie vanavond?’)? De verleiding is groot om die trend door te trekken naar de arbeidsmarkt van morgen. Geen banen, maar taken. Je plukt klussen van platformen en voert die plaats- en tijdonafhankelijk uit, totdat je genoeg inkomen verzameld hebt. Geen werkgevers, maar opdrachtgevers. Geen vaste arbeidskrachten, maar een zwerm werkenden. Bas Haring noemt het de ‘uberisering van werk’. Ik vind dat zelf niet zo’n goede vergelijking. Uber is handig voor de klanten, maar voor werkenden heeft het de nadelen van een traditioneel, transactioneel taxibedrijf, in het kwadraat. Ze hebben nauwelijks regie, geen zekerheid, een laag inkomen, weinig variatie, nauwelijks ontwikkelmogelijkheden en veel stress. Spotify is een betere vergelijking. Op dit muziekplatform zijn werkelijk alle smaken te vinden. Je kunt bladeren door een enorm aanbod, je stelt je eigen playlist samen (regie op carrière) en krijgt op basis daarvan nieuwe suggesties aangereikt (ontwikkeling). Je ontmoet gelijkgestemde mensen en bouwt zo communities (netwerk). Je kunt op het platform ook nog eens aanvullende zaken (events) bestellen. Maar je werkzame leven en inkomen als millennial ‘verspotificeren’, dat is met de huidige instituties nog knap lastig. Ons sociale zekerheidsstelsel en arbeidsrecht zijn namelijk nog steeds gebaseerd op de vroeg twintigste-eeuwse uitvinding van de vaste arbeidsovereenkomst. Die koppeling moet snel verdwijnen, lijkt de logische conclusie. Nieuwe sociale zekerheid “Ons sociaal en fiscaal stelsel is zo gegroeid, dat werkenden die zelf regie hebben over hun carrière de meeste zekerheden hebben en het minste last van marginale belastingdruk”, zo legt econoom Mathijs Bouman uit. Dat is een reden om het stelsel op zijn kop te gooien, vindt hij. Het probleem zit ‘m vooral bij mensen die tegen een laag tarief werken met flexibele contracten. “Zij betalen nu zelf de prijs van hun arbeidsflexibiliteit, namelijk door te werken voor een laag inkomen. Die prijs zouden juist opdrachtgevers moeten betalen.” Sociale zekerheid moet losgekoppeld worden van de arbeidsovereenkomst, betoogt Bouman. “Inkomstenbescherming voor hen die het nodig hebben, een basisvoorziening voor iedereen. Alle potjes rond inkomenszekerheid nationaliseren en individualiseren.” Ook Leo Witvliet gelooft in een sociaal stelsel dat los staat van het arbeidscontract. Met drie lagen. Laag één is het maatschappelijk uitgangspunt ‘niemand gaat dood in de goot’. Laag twee is een collectieve verzekering voor alle werkenden voor gebeurtenissen waar je zelf niets aan kunt doen. Laag drie is een eigen verzekering voor rest, gebaseerd op eigen keuzes voor welzijn en welvaart. Nieuw arbeidsrecht Hanneke Bennaars, docent arbeidsrecht aan de Universiteit Leiden en lid van de Commissie Regulering van Werk, schetst waar de oorsprong ligt van het arbeidsrecht en het nut van een arbeidsovereenkomst. “Die is uitgevonden in een tijd dat veel werkenden een lage onderhandelingspositie hadden plus een hoge mate van onzelfstandigheid.” Anno 2019 hebben veel werknemers in loondienst juist veel onderhandelingsmacht en regie. Zij hebben minder bescherming nodig, terwijl er een groep zzp’ers zonder onderhandelingsmacht en zonder regie bestaat. Zij vallen buiten het stelsel, terwijl juist zij bescherming nodig hebben. Dus pleit Bennaars (zie ook dit opiniestuk in het Financieele Dagblad) dat een arbeidscontract niet meer het uitgangspunt moet zijn. “Modern arbeidsrecht moet gericht zijn op het ondersteunen van de inzetbaarheid van werkenden” . Een huwelijk is zo’n slecht idee nog niet Sociale zekerheid én arbeidsrecht dus loskoppelen van dat vermaledijde construct van de werkgever-werknemersrelatie. We zijn eruit. De vraag rest: hoe dan? Het betekent namelijk dat we nogal wat individuele en collectieve verworvenheden moeten loslaten. Het gaat om rechten van werkgevers, werknemers en zelfstandigen. En van hun vertegenwoordigers. Maar wacht even. Volksfilosoof Bas Haring, ooit overtuigd kinderloos, is ondertussen vijftig. Vader en getrouwd. Wat hij van zijn huwelijk verwacht (gezelligheid, kletsen, discussiëren, eten, seks) valt net als je werk ook prima te ‘spotificeren’. Je kunt die taken opknippen en laten invullen door losse personen die iedere taak misschien wel beter invullen dan je vaste partner (Herman van Veen zong er trouwens in 1979 al over: luister maar op Spotify “Een om mee te praten, eentje voor de sier….”). Toch voelt dat volgens Haring misschien niet als de meest gewenste situatie. Het huwelijk is misschien niet een construct waarin al je wensen op de beste manier vervuld worden. Maar biedt als het goed is wel veiligheid, geborgenheid en zekerheid. Binnen het huwelijk is geven en nemen een subtiel proces, geen eenvoudige transactie via een app. Ja, zegt Haring: zekerheden en arbeidsrechtelijke bescherming loskoppelen van een vast contract klinkt verleidelijk. Maar schrijf de traditionele arbeidsrelatie – net als het huwelijk – niet te snel af. Is zo’n instituut verdwenen, dan is er geen weg meer terug, waarschuwt hij. Individualisering verder faciliteren? De zoektocht naar nieuwe arrangementen voor de arbeidsmarkt van morgen is zeer actueel. Die conclusie werd op deze conferentie weer bevestigd. Net als de constatering dat de weg daarheen zo eenvoudig nog niet is. Die zoektocht is in de kern het zoeken naar de nieuwe balans tussen individualisering en collectiviteit. De interessante vraag die na de bijdragen van de inleiders overbleef is of het loskoppelen van zekerheden aan het traditionele arbeidscontract, het huwelijk tussen werkgever en werknemer, de mogelijke verspotificering van werk nu in balans brengt? Of faciliteert het die individualisering juist te veel? arbeidscontract, collectiviteit, individualisering, NBBU Print Over de auteur Over Hugo-Jan Ruts Hugo-Jan Ruts is 'editor-in-chief' en uitgever van ZiPconomy. Bekijk alle berichten van Hugo-Jan Ruts
Dank Hugo-Jan voor je boeiende artikel. En ja, Bas Haring heb ik normaliter erg hoog zitten. Maar dit keer blijkt zijn scherpe analytische geest wat te zijn afgezakt naar een meer comfortabel niveau. Tóch een gezin, een huwelijk en toch waardering voor de traditionele waarden. Geef mij Hugo-Jan maar! Op naar vernieuwing!
Wat fijn om te lezen dat mijn plan uit 2013 om zekerheden los te koppelen van het arbeidscontract inmiddels zo breedgedragen wordt. Volgens mij is er maar een antwoord op de vraag ‘of het loskoppelen van zekerheden aan het traditionele arbeidscontract, het huwelijk tussen werkgever en werknemer, de mogelijke verspotificering van werk nu in balans brengt? Of faciliteert het die individualisering juist te veel?’ Laten we ermee gaan experimenteren. De @Werkvereniging is er klaar voor!
nieuws - RIM, Bovib, NBBU, ABU en VvDN willen dat concept wet VBAR wordt aangepast: ‘Lost het probleem niet...