"Exploring the future of work & the freelance economy"
SLUIT MENU

Was will das Weib? Waarom de conclusie dat platformwerkers geen vast contract willen onzin is.

Een aantal platformbedrijven liet Motivaction onderzoek doen naar de mate van tevredenheid van platformwerkers naar de voor hen geldende arbeidsvoorwaarden. Ronald Dekker concludeert in dat er een paar serieuze problemen zijn met dit onderzoek en dat je op basis hiervan niet kunt vaststellen dat platformwerkers niet in loondienst zouden willen.

Sigmund Freud was zijn hele leven gefascineerd door de vraag: ‘Was will das Weib?’. Het is een mooi voorbeeld van een simpele vraag waarop geen simpele antwoorden bestaan.

In de context van het arbeidsmarktbeleid wordt deze vraag vaak ook gesteld: “Wat willen vrouwen op de arbeidsmarkt?”, bijvoorbeeld wanneer het gaat om hoeveel uren per week ze willen werken. Het antwoord is niet simpel te geven. Sommige vrouwen zouden best meer uren willen werken, heel veel vrouwen geven aan tevreden te zijn met het aantal uren dat ze werken en sommige vrouwen zouden liever minder uren werken. Beleidsmatig is vooral de verhouding tussen deze drie antwoordcategorieën relevant, maar het is duidelijk dat er geen eenduidig antwoord is op de vraag wat ‘de vrouw’ op de arbeidsmarkt wil.

Lees ook de column van Martijn Arets met zijn factcheck over hetzelfde onderzoek: Relevante insights over wie platformwerkers nu precies zijn en wat zij willen

Wat wil de flexwerker nou zelf?

Voor een andere groep op de arbeidsmarkt wordt de vraag wat ze nou eigenlijk zelf willen ook al heel lang en heel vaak gesteld: “wat wil de flexwerker nou zelf?”. De achtergrond van de vraag is vaak dat een beleidskeuze gemaakt moet worden over wat er arbeidsrechtelijk is toegestaan bij betaald werk. Het strikt juridische antwoord is dan: dat doet er niet toe omdat het arbeidsrecht geen ruimte laat voor de ‘bedoeling’ van partijen in een arbeidscontract. Alleen de materiële uitwerking van het contract is juridisch relevant. En dat is ook beleidsmatig logisch omdat wanneer iedereen voor zichzelf (of in onderling overleg) mag beslissen wat een acceptabele ondergrens voor betaald werk is, het onmogelijk wordt om de maatschappelijk vastgestelde ondergrens (minimum/cao loon, ontslagbescherming, ARBO normen, etc.) te handhaven.

In de politieke en beleidsdiscussies over dit onderwerp wordt dit desondanks vaak onbevredigend gevonden. Veel deelnemers aan dat debat vinden, om verschillende redenen, dat het zou er wél toe moeten doen wat flexwerkers zelf willen. Zodoende bestaat er ook een oneindige stroom onderzoek over de beweegredenen en welbevinden van flexwerkers. Gemiddeld genomen komt daar uit dat flexwerknemers vaak wat minder tevreden zijn dan ‘vaste’ werknemers en dat de flexwerkers die als zelfstandige werken tevredener zijn dan werknemers met een contract voor onbepaalde tijd. Daaruit zou je kunnen concluderen dat de meeste zelfstandige professionals ‘dit zelf willen’.

Wat willen de platformwerkers zelf?

Over naar de platformwerkers nu. Ook daar wordt de vraag gesteld of deze groep tevreden is met de voor hen geldende arbeidsvoorwaarden. De platformbedrijven weten het antwoord op de vraag ook al: platformwerkers zijn intens tevreden met hun arbeidsvoorwaarden (meestal als ‘zelfstandige’ of iig als ‘niet-werknemer’) en zouden niet anders willen. Ze worden dan ook elke keer reuze nerveus wanneer platformwerkers hun arbeidsvoorwaarden wél ter discussie stellen, zeker wanneer ze daarbij door vakbonden worden ondersteund.

Vanuit die nervositeit liet een aantal platformbedrijven toch onderzoek doen naar wat de platformwerkers zelf willen. En de uitkomsten waren (voor de platformbedrijven zelf) overduidelijk: Onze mensen willen helemaal geen vast contract, en er is dus “geen draagvlak voor het inperken van de arbeidsvrijheid van meer dan honderdduizend tevreden platformwerkers” aldus het opperhoofd van Temper, Niek Arntz.

Wanneer je doorzoekt naar wat er in het Motivaction onderzoek staat, moet je vaststellen dat deze conclusies wat te kort door de bocht zijn. Motivaction presenteerde platformwerkers nl. een tegenstelling tussen ‘werken via platform’ (flexibel, ‘wanneer ik wil’) en ‘werken in (vaste) loondienst’ (vaste tijden/inkomen). Deze tegenstelling is een valse. Jonge supermarktmedewerkers werken in loondienst en hebben de flexibele keuze om te werken wanneer hen dat uitkomt. Ze hebben daar geen platform voor nodig. De gewenste flexibiliteit van platformwerk kan dus ook prima worden georganiseerd in loondienst. Maar dat is niet waar het om gaat. Door de valse tegenstelling in de vraagstelling antwoordt ruim twee derde van de platformwerkers dat ze de voorkeur geeft aan werken via het platform. En het is dus de vraag of je dat als een ‘hard gegeven’ mag interpreteren.

Verder worden platformwerkers in het onderzoek bevraagd over wat ze vinden van een recent SER advies over platformwerk. Begrijpelijkerwijs geven de meeste platformwerkers aan de inhoud van dat SER advies niet te kennen. De kleine minderheid die er wel iets over zegt te weten heeft een negatief beeld, namelijk dat ‘hun stem in Den Haag niet wordt gehoord.’ De conclusie van onderzoekers en opdrachtgever is dat dit bevestigd dat platformwerkers geen behoefte hebben aan een contract in loondienst. Maar de conclusie is eigenlijk vooral dat ze niet uitvoerig hebben stil gestaan bij alternatieven voor de huidige arbeidsverhoudingen in het platformwerk dat ze doen.

Conclusie

Mijn conclusie is dat dat er een paar serieuze problemen zijn met dit onderzoek en dat je op basis van dit onderzoek niet kunt vaststellen dat platformwerkers niet in loondienst zouden willen. En zelfs wanneer er beter onderzoek komt, waaruit blijkt dat platformwerkers in overgrote meerderheid niet in loondienst willen, dan treedt de bovengenoemde juridische redenering in werking. Dat kunnen die platformwerkers wel willen, maar dat betekent niet we dat als maatschappij ook zo blijven doen. De belangrijkste reden is: de ondergrens voor betaald werk bewaken. En dat zou iedereen moeten willen. Ook de vrouwen…

Ronald Dekker is arbeidseconoom en doet al ruim 20 jaar onderzoek naar de verhouding tussen flexibiliteit en zekerheid op de arbeidsmarkt en de wisselwerking met innovatie. Hij mag zich graag opwinden over ongefundeerde voorspellingen over de arbeidsmarkt en simplistische generalisaties over werk. Ronald werkt bij TNO Bekijk alle berichten van Ronald Dekker