"Exploring the future of work & the freelance economy"
SLUIT MENU

Algemene Rekenkamer doet onderzoek naar beleid Belastingdienst schijnzelfstandigheid

Onderzoek naar knelpunten bij Belastingdienst, bedrijven (opdrachtgevers) en zzp’ers (opdrachtnemers).

De Algemene Rekenkamer is een onlangs onderzoek opgestart naar het beleid van de Belastingdienst bij schijnzelfstandigheid. De Rekenkamer wil vaststellen hoe de Belastingdienst omgaat met schijnzelfstandigheid en welke knelpunten in de praktijk worden ervaren door de Belastingdienst, bedrijven (opdrachtgevers) en zzp’ers (opdrachtnemers).

Het onderzoek moet als eind van dit kwartaal al zijn afgerond, zo laat de Rekenmaker weten. Het rapport wordt dan aangeboden aan de Tweede Kamer en betrokken bewindslieden.

Van schijnzelfstandigheid is sprake wanneer iemand als zelfstandige (zzp’er) wordt ingehuurd door een opdrachtgever, maar er feitelijk sprake is van verkapte loondienst. De handhaving daarvan valt onder de Staatssecretaris van Financiën – Fiscaliteit. Dat is nu Marnix van Rij.

Aanleiding onderzoek

“Door de flexibilisering van de arbeidsmarkt en de platformeconomie is het onderscheid tussen zzp’ers en werknemers in loondienst steeds onduidelijker geworden. De vraag of iemand zzp’er is of in loondienst is, is van belang vanwege het verschil in fiscale en sociaalrechtelijke behandeling tussen zzp’ers en werknemers.” Zo stelt de Rekenkamer in een toelichting over waarom dit onderzoek wordt opgestart.

Wet DBA en handhaving

“In 2016 is de Wet deregulering beoordeling arbeidsrelaties (DBA) ingevoerd om duidelijkheid te geven over de aard van de arbeidsrelatie. De invoering van de wet DBA zorgde echter voor veel onrust en onzekerheid op de arbeidsmarkt. Opdrachtgevers werden huiverig om zzp’ers in te huren en zzp’ers vreesden hun opdrachten kwijt te raken. Deze onrust was voor de betrokken bewindspersonen reden om de handhaving bij opdrachtgevers op te schorten in afwachting van een alternatieve aanpak. Die alternatieve aanpak is er anno 2021 nog steeds niet.” Zo constateerde de Rekenkamer.

Regeerakkoord Rutte IV

In het Regeerakkoord wordt aangekondigd dat er ‘beter’ gehandhaafd zal gaan worden. Wat nu precies ‘beter’ is, zal de nieuwe staatssecretaris van Rij nog duidelijk moeten maken.

Ook de status van de webmodule, die opdrachtgevers moet ondersteunen in hun beoordeling of iemand wel of niet ingehuurd kan worden, is nog ongewis.

Onderzoeksvragen Rekenkamer

De Rekenkamer heeft drie onderzoeksvragen geformuleerd.

  • Op welke wijze heeft de Belastingdienst sinds de invoering van de Wet DBA zijn verschillende (repressieve en dienstverlenende) handhavingsinstrumenten gebruikt in de uitvoering van het fiscale toezicht op arbeidsrelaties tussen opdrachtgevers en opdrachtnemers?
  • In welke mate worden de verschillende (repressieve en dienstverlenende) handhavingsinstrumenten door de Belastingdienst toegepast? Hoe vaak en hoe omvangrijk zijn de correcties die worden toegepast op aangiften inkomstenbelasting vanwege schijnzelfstandigheid? Welk verschil zien we in de aangiftedata met de periode vóór de invoering van de Wet DBA?
  • Welke knelpunten ervaren zzp’ers, bedrijven en de Belastingdienst zelf bij het beleid van de Belastingdienst om schijnzelfstandigheid aan te pakken of te voorkomen?
De ZiPredactie plaatst hier interviews en eigen artikelen. Daarnaast persberichten, aankondigingen of (met toestemming) overgenomen artikelen. (contact: info[AT]zipconomy.nl) Bekijk alle berichten van ZiPredactie

2 reacties op dit bericht

  1. Interessant onderzoek. Jammer dat de onderzoeksvragen vooral gaan over de werking van de belastingdienst en niet over de hindernissen/problemen die de markt ervaart (met de belastingdienst). Wat is de bedoeling van dit onderzoek? Handhaving van de belastingdienst aanscherpen/optimaliseren of hindernissen voor de markt wegnemen?
    De overheid en de belastingdienst zijn door de burger ingesteld om de burger in al zijn facetten/rollen te ondersteunen en toch zie ik het belang van die burger (ook in zijn rol als ZZP’er) overal onderaan het lijstje eindigen.

  2. Dag Pieternel,

    Ik heb het vermoeden dat het bewustzijn van wat
    a) de taken zijn van de overheid en de belastingdienst in het bijzonder;
    b) onderdeel is van ieders vrijheid (en wat onderdeel is van de complementaire verantwoordelijkheid)
    niet bij iedereen gelijk is. Met andere woorden: wat is het onderscheid tussen ‘ik’, ‘jij’ en ‘wij’?

    Financiën heeft moet o.a. de loonheffingenwetgeving & de wet op de inkomstenbelasting uitvoeren. En zorgen voor rechtshandhaving. Daarbij is menselijk maatwerk nodig.

    Zolang het begrip ‘ondernemer’ niet voldoende duidelijk is, dan wel te onderscheiden is van het begrip ‘werknemer’, is er een groot grijs gebied. De VAR had dat grijze ‘bos’ moeten reguleren doch zorgde voor nogal wat groei van het bos. Dat is de kern van de huidige situatie: wie ziet door de bomen het bos nog? De rekenkamer gaat een poging doen.

    Het zou helpen als er meer duidelijkheid ontstaat over economische en maatschappelijke oorzaken en gevolgen van gedragingen. Er zijn immers nogal wat diverse belangen in de praktijk. Er zijn tenminste zes ministeries bij dit dossier betrokken: 1) Financiën, 2) Economische zaken&klimaat, 3) Primair en voortgezet onderwijs, 4) Onderwijs Cultuur en wetenschap, 5) SZW en 6) Infrastructuur en waterstaat (transport)

    Oh voor de volledigheid inzake ‘oorzaak en gevolg’:
    De loonheffingengeldstroom bedraagt ongeveer 60% van de inkomsten van de rijksoverheid. Als iedereen een juiste aangifte zou doen of loonadministratiestatus had in de betalingen voor arbeid zou er slechts marginaal gehandhaafd hoeven te worden.