"Exploring the future of work & the freelance economy"
SLUIT MENU

Van Gennip (SZW) werkt aan ‘vast-minder-vast’. Maar niet conform advies Borstlap.

Minister Karien van Gennip (Sociale Zaken) werkt aan plannen voor een ‘crisis-WW’ om ondernemers meer flexibiliteit te geven. De minister wijkt op nog meer punten af van het advies van de Commissie Borstlap: ze ziet een vereenvoudiging van het ontslagrecht niet als prioriteit en verkorting van de doorbetaling bij ziekte blijft uit.

Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) Karien van Gennip werkt aan een deeltijd-WW, maar niet ‘in de klassieke vorm’. Deze regeling moet werkgevers meer flexibiliteit geven in crisistijd. In de hoofdlijnenbrief Arbeidsmarktbeleid staat meer hoe deze regeling eruit ziet. Die brief komt twee maanden later dan eerder aangekondigd, namelijk in januari 2023.

Dit zei Van Gennip donderdag tijdens de voortzetting van het commissiedebat over arbeidsmarktbeleid. Het eerste deel van het debat vond plaats voor het herfstreces en daar stonden flexibele arbeid en aanpak van schijnzelfstandigheid centraal. In dit tweede deel ging het meer over zaken rondom het vaste contract.

Opdracht uit het regeerakkoord

In het regeerakkoord stond een duidelijke taak voor minister Van Gennip: de arbeidsmarkt toekomstbestendig maken. Het vaste contract moet minder vast worden, werknemers met een flexibel contract krijgen juist meer zekerheid. De minister maakt nieuw beleid op basis van twee adviezen: het eindrapport van de commissie Regulering van Werk (commissie Borstlap) en het hoofdstuk Arbeidsmarkt, inkomensverdeling en gelijke kansen uit het MLT-advies van de SER.

In het regeerakkoord stond ook specifiek een deeltijd-WW om de interne flexibiliteit en wendbaarheid van bedrijven te vergroten. Dit is in lijn met het advies van de Commissie Borstlap en het SER-advies. Alleen wil het kabinet, anders dan de SER, dat de werkgevers en werknemers de rekening zelf gaan betalen.

In deel één van het debat pleitten Tweede Kamerleden Bart Smals (VVD) en Hilde Palland (CDA) om naast het inperken van ‘flex’ ook ‘vast minder vast’ te maken, zoals de Commissie Borstlap adviseert. Al met al wil Van Gennip minder ver gaan dan wat er in het Borstlap-advies staat.


Wat was deeltijd-WW?

Deeltijd-WW is een term uit de kredietcrisis, het was de opvolger van de bijzondere werktijdverkorting (wtv). Met deze regeling konden werkgevers hun personeel tijdelijk minder laten werken, zonder dat werknemers hierdoor minder salaris overhielden. Zij kregen namelijk voor de vervallen uren een WW-uitkering. De regeling had wel voorwaarden, bijvoorbeeld dat het bedrijf in de twee maanden voor de aanvraag minstens 30% omzetverlies moest hebben. In 2011 eindigde de regeling.


Van deeltijd- naar crisis-ww

Ten eerste wil Van Gennip de deeltijd-WW anders aanpakken. Ze wil dat de regeling ‘niet bruikbaar is voor ondernemers die hun bedrijfsrisico verkeerd hebben ingeschat’. “Het gaat natuurlijk om crisissituaties, zoals corona en de oorlog in Oekraïne”, zegt ze. “Crisistijd valt buiten het normale ondernemersrisico. In dat soort situaties wil ik bedrijven ruimte geven om wendbaar te zijn.”

Het voorstel van Van Gennip voor een ‘crisis-WW’ is niet helemaal in lijn met het advies van de Commissie Borstlap, zegt commissie-lid Erik Stam. “Interne flexibiliteit is gewenst bij bedrijfsspecifieke uitdagende situaties. Dat is niet beperkt tot een macro-economische crisis”, zegt de hoogleraar Ondernemerschap (Universiteit Utrecht). In het advies stond dat werkgevers hun organisatie “aan moeten kunnen passen aan veranderende omstandigheden zoals fluctuaties in de vraag naar producten of diensten.”

Van Gennip ziet dat dus anders. Ze ontwikkelt deze ‘crisis-WW’ samen met de sociale partners. Ze verwacht in de volgende hoofdlijnenbrief een definitief akkoord te melden over deze ‘crisis-regeling’. “Dit gesprek loopt goed”, zegt Van Gennip. “Overheid, werkgevers en vakbonden hebben hetzelfde doel. Een budgetneutrale regeling wordt een uitdaging, maar deze afspraak staat al in het regeerakkoord.”

Bijdrage van werkgever en werknemer

Bij de uitwerking kijkt de minister hoe zowel werkgevers als werknemers kunnen bijdragen. “In veel cao-afspraken staat dat werkgevers een uitkering aanvullen tot 100%”, zegt Van Gennip. “Dat zou bij deze crisisregeling niet werken. Ik vind het belangrijk dat je in tijden van crisis van iedereen een offer kunt verwachten.”

Ze noemt de Duitse Kurzarbeit-regeling (verkorting van werktijd) als voorbeeld voor zo’n crisis-WW. Kurzarbeitergeld is een uitkering bij een tijdelijke arbeidsduurverkorting en bedraagt in Duitsland 60% of 67% van het nettosalaris. Om de uitkering te krijgen moet de werkgever deels of volledig gebrek aan werk hebben voor de werknemer door een onvermijdelijke en tijdelijke gebeurtenis. Lees meer over Kurzarbeit in coronatijd.

Verder onderzoekt minister Van Gennip manieren om bedrijven flexibeler te laten omgaan met personeel nog voordat een crisis uitbreekt. Van Gennip: “Bijvoorbeeld door werknemers elders in te zetten.”

Afwijking van Borstlap

Ook de adviezen van Borstlap over het ontslagrecht en doorbetaling bij ziekte volgt Van Gennip niet. Op dit moment moeten werkgevers hun personeel twee jaar doorbetalen bij ziekte, de commissie adviseert een kortere termijn. Maar De minister volgt de sociale partners die slechts een beperkte aanpassing willen.

Verder heeft vereenvoudiging van het ontslagrecht ‘geen prioriteit’. “Dit staat niet in het SER MLT”, verklaarde ze. “Bovendien is het ontslagrecht in 2020 nog gewijzigd.”

3 reacties op dit bericht

  1. Werkgevers zijn verplicht om minimaal twee jaar 70% tot 100% van het loon van zieke
    Dag Claartje,
    hierbij een reactie i.v.m. alle discussies op komende verjaardagen over de 2 jaar loondoorbetaling bij ziekte van de werknemer. Zou graag zien dat deze verzekering collectief wordt en verplicht. Gelukkig hoef ik het niet allemaal zelf te bedenken.

    De Zaak,
    werknemers 2 jaar door te betalen? Je kunt je gelukkig voor deze kosten verzekeren.
    Loondoorbetaling bij ziekte kún je verzekeren – De Zaak
    https://www.dezaak.nl › Personeel

    groet,
    Hans van Bakel

  2. Hans, de kosten zijn inderdaad te verzekeren. Wat onder (kleine) werkgevers een veel gehoorde opmerking in dit kader ook is, is dat het niet zo zeer om de kosten gaat maar om alle (administratieve) verantwoordelijkheden die overigens ook door kunnen lopen na die twee jaar. Op het moment dat uitval werk gerelateerd is, kan je je daar nog iets bij voorstellen. Maar dat is natuurlijk lang niet altijd het geval. Reden ook voor Cie Borstlap om daar een punt van te maken.

  3. Kortom, meer schijnzelfstandigheid/zwakkere positie flexwerker na jaren van ontbrekend beleid onder het mom van een dreigende crisis.