"Exploring the future of work & the freelance economy"
SLUIT MENU

De verschuiving naar projectmatig werken: wat betekent het opheffen van het handhavingsmoratorium voor zzp’ers en opdrachtgevers?

“De paniek rond handhaving schijnzelfstandigheid wordt gevoed door onwetendheid en misinformatie” zegt Albert Allmers van Finance Factor. Een gesprek met hem over wat er wel kan. En over de rol van bureaus in de omslag van tijdelijke functies naar projecten en het ontwikkelen van de juiste beheersmaatregelen.

Het opheffen van het handhavingsmoratorium vraagt om een heroriëntatie van zowel zzp’ers als opdrachtgevers. De toekomst ligt in projectmatig werken, waarbij zelfstandige professionals op basis van hun expertise waarde kunnen toevoegen. “De verschuiving naar projectmatig werken is noodzakelijk, maar de regelruimte is er.”

Met het naderende opheffen van het handhavingsmoratorium voor schijnzelfstandigheid per 1 januari 2025, heerst er onrust in de markt. Deze onrust wordt veroorzaakt door misinformatie, onwetendheid, of het gebrek aan bereidheid om te onderzoeken wat er wél mogelijk is. In een uitzending van ZiPtalk spraken we hierover met Albert Allmers, directeur van Finance Factor, en Hugo-Jan Ruts, hoofdredacteur van ZiPconomy.

De centrale vraag luidt: hoe moeten zelfstandige professionals en opdrachtgevers zich aanpassen aan de nieuwe realiteit?

De paniek in de markt

Zowel Allmers als Ruts zien een duidelijke trend in de reacties op de opheffing van het moratorium. “Er is paniek in de markt, vooral gevoed door onwetendheid en publieke opinie. Sommige organisaties denken dat het wel weer overwaait, maar dat is struisvogelpolitiek,” aldus Allmers. Hij maakt zich zorgen over de hoeveelheid onwaarheden die vooral via sociale media worden verspreid. “Opdrachtgevers weten niet meer wat ze moeten geloven en vragen ons om voorlichting.”

Ruts herkent dit probleem. “De Belastingdienst probeert uit te leggen wat wel en niet kan, maar dat komt vaak neer op interpretaties. Sommige zaken zijn duidelijk, maar er is veel ruimte om opdrachten anders in te vullen,” stelt hij. “Je moet jezelf niet voor de gek houden: bepaalde werkwijzen kunnen gewoon niet meer. Maar een groot deel van het werk dat nu door zelfstandigen wordt gedaan, kan je zo inrichten dat het wél aan de wetgeving voldoet. Daarvoor moet je echter wel bereid zijn om hierover met je zelfstandigen in gesprek te gaan.”

In een eerder artikel op ZiPconomy constateerde Ruts al dat er flinke verschillen zijn per sector. Niet alleen in de regelruimte, maar ook in de bereidheid om te zoeken naar wat mogelijk is. “Kijk, niemand wordt verplicht om met zzp’ers te werken, maar organisaties die dat wél willen, zullen vaak hun opdrachten anders moeten inrichten. En organisaties die dat niet willen, moeten ook de gevolgen daarvan onder ogen zien.”

Van tijdelijke functies naar projectmatig werk

Een van de belangrijkste punten die tijdens het gesprek naar voren kwam, is de verschuiving van tijdelijke functies naar projectmatig werk. Volgens Ruts ligt hierin de oplossing voor veel zelfstandige professionals. “Er gaat echt een slag gemaakt worden van tijdelijke functies naar projecten, naar inspanning en resultaat. Die verschuiving moet je wel maken. Dat geldt voor opdrachtgevers, bureaus en zelfstandigen.”

Ook Allmers benadrukt dat de rol van de opdrachtgever hierin essentieel is. “Opdrachtgevers moeten kritisch nadenken: is dit een opdracht voor een zelfstandig professional of voor een medewerker in loondienst?” stelt Allmers. Waar delen van de Rijksoverheid, bijvoorbeeld in de ICT-sector, de deur volledig lijken te sluiten voor zzp’ers, ziet Allmers dat er bij andere delen van de Rijksoverheid opdrachten wel ruimte blijft voor het inschakelen van zelfstandige interim-managers.

Hij ziet intermediairs als belangrijke partners die beheersmaatregelen kunnen toepassen om ervoor te zorgen dat opdrachten binnen de wettelijke kaders passen.

Voor Allmers spelen brancheorganisaties zoals de BOVIB en de Raad voor Interimmanagement (RIM) – Finance Factor is lid van beide – een belangrijke rol. “De BOVIB heeft een keurmerk dat twee keer per jaar wordt getoetst, en de RIM heeft een gedragscode. Beide brancheorganisaties hebben een goedgekeurde modelovereenkomst die ook na 1 januari nog steeds geldig is. Inclusief de bijbehorende beheersmaatregelen vormt dit een prima basis om binnen de kaders van de actuele wet- en regelgeving te opereren.”

Herhaling van zetten

Voor Allmers is de hele discussie niet nieuw. Hij zit al dertig jaar in het vak en ontving voor de tiende keer op rij een FD Gazelle award. “Eerst had je het LISV-besluit over interim-managers, daarna de VAR, en vervolgens de Wet DBA. In de afgelopen dertig jaar is er nooit een eigen status vooraf gecreëerd voor zelfstandige interim-professionals. De toetsing vindt altijd achteraf plaats, en dan is het vaak te laat.”

Met het impresariomodel waar Finance Factor mee werkt, merkt Allmers dat juist dit aspect lastig is voor de interim-managers met wie hij werkt: “Financiële interim-managers streven naar voorspelbaarheid en willen risico’s vermijden. Toetsing achteraf maakt dit juist onvoorspelbaar.” Dat betekent dat ook hier Finance Factor een rol te vervullen heeft in voorlichting of advies voor wie over wil stappen naar een andere contractvorm.

Kijk het hele gesprek hier terug, of via Spotify

De ZiPredactie plaatst hier interviews en eigen artikelen. Daarnaast persberichten, aankondigingen of (met toestemming) overgenomen artikelen. (contact: info[AT]zipconomy.nl) Bekijk alle berichten van ZiPredactie

7 reacties op dit bericht

  1. In 1901 ontstond de voorloper van WAO/WIA, de ongevallenwet voor werknemers. Sindsdien is het begrip niet-werknemer niet of nauwelijks ingevuld door
    1 parlement en wetgever,;
    2 arbeidsmarkt;;
    3 werkenden/vakbonden;
    4 werkverschaffers (VNO/NCW);
    5. jurisprudentie (ondanks pogingen van HR en A-G )
    ingevuld.

    Er zijn wel pogingen gedaan maar er is bij mijn weten nog geen voldoende maatschappelijk gedragen concrete invulling.

    Er lijken nu ook wat veel heilige huisjes en financiële belangen te onderkennen, om de ontstane ‘wildgroei’ te beheersen. Als ik tientallen jaren mijn tuin niet onderhoud, ontstaat er een fikse uitdaging.

  2. Het is een dramatische verandering voor een niet-bestaand probleem. Wat maakt het nou uit dat iemand schijnzelfstandig is? Het gaat er aan de ene kant om dat het niet als middel voor uitbuiting wordt gebruikt en aan de andere kant niet als middel voor belastingontwijking. Dat kan beide zonder honderduizenden mensen in dienstverband te dwingen. Introduceer een minimumtarief en stel de zelfstandigheidsaftrek en/of de mkb winstvrijstelling naar beneden bij.

  3. Als zelfstandige wil ik graag de omslag maken naar projectmatig werk of naar opdrachten met een beschreven einddoel als dat het “nieuwe ondernemen” is. Dat vergt een investering om mijn werkwijze aan te passen, maar het probleem zit hem vooral in dat de markt dit gewoonweg niet vraagt. In de IT zien we bijvoorbeeld dat veel opdrachtgevers hun werkzaamheden organiseren rondom scrummende (dev-ops) teams waarin externen hetzelfde werk doen als internen. De nieuwe realiteit waarin zelfstandigen niet hetzelfde werk mogen uitvoeren als internen past gewoon niet bij hoe het werk bij de gemiddelde opdrachtgever georganiseerd is. Zolang dat niet verandert zie ik het somber in: er is vooralsnog onvoldoende aanbod van opdrachten met een beschreven einddoel om alle zelfstandigen aan het werk te houden. Misschien komt er in januari/februari volgend jaar pas beweging in als bestaande opdrachten aflopen of opgezegd worden en er in sommige sectoren tekorten ontstaan.

  4. Klopt, bedrijven die nu alle IT-werkzaamheden op een hoop hebben gegooid in scrumteams zullen dat anders moeten gaan organiseren, als ze nog gebruik willen maken van externen. Kan natuurlijk prima, een migratietraject bijvoorbeeld heeft een duidelijke kop en staart en kun je prima projectmatig insteken. Hetzelfde geldt voor de bouw van een applicatie, het testen ervan, het ophalen van de requirements, het trainen van eindgebruikers en het inwerken van trainees. Eigenlijk is alleen het ‘ops’-deel van devops ingebed. Kan dus zijn dat we teruggaan naar hoe het vroeger vaak ging: een extern team bouwt het spul, een intern team onderhoudt het. Dat heeft absoluut zijn minpunten, maar als de wetgeving ertoe noodzaakt, dan moet het maar een tijdje zo tot de storm weer is geluwd.

  5. Ik denk dat de ZZPers die hun werk projectmatig kunnen uitvoeren dat al lang doen.
    De bestaande uurtjes makers kunstmatig in een project opdracht stoppen zal vast door de BD worden doorzien, zeker als de beloning nog steeds per uur plaats vindt, want dan zou je die ook fixed moeten maken met eventueel termijn betalingen, maar zelfs dat wekt argwaan.

    Op papier de boel proberen recht te trekken gaat deze keer niet werken denk ik.

    Hoezeer ik de huidige situatie ook betreur, want ik zie de noodzaak van deze heksenjacht ook niet in, behalve misschien waar er sprake is van uitbuiting, maar dat kan je heel makkelijk oplossen met een minimum tarief.

  6. Goed om te lezen dat dit ook in uw sector speelt. Als ZZP pedagogisch medewerker kan ik niet in loondienst naast andere projectmatige opdrachten. De weinige uren van 4 dagen 3,5 uur voor een BSO dienst zijn gewoonweg te weinig om een vast loondienst verband aan te gaan. Bovendien is dan de flexibiliteit er niet om daarnaast andere (film/kunst/theater) projecten in opdracht te doen. De negativiteit in mijn sector die op de ZZP wordt gezet klopt gewoon niet. De jonge manager van BLOS in het FD die onwaarheden vertelt en gewoon op het NOS nieuws wordt geïnterviewd en geloofd vind ik onbegrijpelijk. Het lijkt inderdaad een heksenjacht en verdeel en heers politiek.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *