"Exploring the future of work & the freelance economy"
SLUIT MENU

Deeltijdwerkers langer laten werken, helpt maar een klein beetje

De omvangrijke groep deeltijders extra uren laten werken, lijkt een logische oplossing voor de krapte op de arbeidsmarkt. Het CBS verkende het effect. Dat valt tegen. Het gaat grotendeels om scholieren en studenten met een bijbaan.

De aanhoudende krapte op de arbeidsmarkt is de grootste belemmering voor verdere groei, concludeerde ABN AMRO in haar sectorprognoses dit jaar. Maar als het kabinet de rem zet op arbeidsmigratie, is de vraag waar de extra arbeidskrachten dan wél vandaan moeten komen. In het debat over migratie wezen coalitiepartijen nadrukkelijk naar het onbenutte arbeidspersoneel als oplossing voor het personeelstekort. Zelfs de koning noemde parttimers langer laten werken in de Troonrede een manier “om relatief snel resultaat te boeken”. 

Onbenutte deeltijders

De arbeidsdeelname is in Nederland groot, maar het percentage deeltijders is het hoogste van alle EU-landen. In 2023 werkte slechts 52% fulltime (meer dan 35 uur). De vraag is in hoeverre zich onder die deeltijders een verborgen reservoir aan arbeidskrachten ophoudt.

Voor het eerst heeft het CBS de groep ‘onderbenutte deeltijdersin kaart gebracht. Onbenutte deeltijders zijn mensen die in deeltijd werken en aangeven dat ze meer uren willen werken en daarvoor op korte termijn beschikbaar zijn. 

In het tweede kwartaal van 2024 besloeg het totaal aan onbenut arbeidspersoneel bijna 1,2 miljoen mensen; naast werklozen omvat deze groep 517 duizend onderbenutte deeltijders. Ten opzichte van tien jaar geleden is de omvang van het onbenut arbeidspotentieel flink gedaald, toen waren het nog 2,1 miljoen mensen. De afgelopen twee jaar is de grootte nauwelijks meer veranderd.

Scholieren en studenten

Ongeveer de helft (48%) van de onderbenutte deeltijders volgt onderwijs. Ze werken vaak flexibele uren in dienstverlenende beroepen (zoals horecapersoneel en schoonmakers) en logistiek en transport (zoals vakkenvullers). Ofwel: het gaat om scholieren en studenten met een bijbaantje. De andere helft, die geen onderwijs volgt, zie je veel in creatieve en taalkundige beroepen, pedagogische beroepen en in de zorg- en welzijn, met elk 5% onderbenutte deeltijders. Maar in de afgelopen jaren is het percentage onderbenutte deeltijders daar sterk afgenomen, constateert het CBS. 

In 2023 gingen bijna 3 op de 10 onderbenutte deeltijders (29%) gemiddeld per kwartaal meer uren werken. Dat was meer dan bij de overige werkzame beroepsbevolking (7%). Toch droegen ze aanzienlijk minder bij aan de totale arbeidsduur dan de groep werklozen die aan het werk kwamen, concludeert het CBS. Er is zeker wel arbeidspotentieel, “maar het is een dynamische, relatief jonge groep met veel in- en uitstroom waardoor hun bijdrage aan de groei van de arbeidsduur beperkt is”.

Niet overschatten

In een artikel in ESB komen de auteurs tot een soortgelijke conclusie. “De inzet van onbenutte deeltijdwerkers als oplossing voor krapte moet niet worden overschat”, schrijven ze. Het onbenutte arbeidspotentieel onder deeltijdwerkers bevindt zich vooral in de zorg, het onderwijs en de handel.

De onderbenutting in de zorg becijferen de auteurs op 15.000 fte. De winst zit vooral bij beroepen als verzorgenden, sociaal werkers en fysiotherapeuten. In het onderwijs kan er tot 7.000 fte worden gewonnen bij beroepen als leerkrachten en onderwijsassistenten. Tot slot kan er in de handel tot 9.000 fte worden gewonnen aan onder andere verkoopmedewerkers, vakkenvullers en kassamedewerkers.

Maar, zo benadrukken de auteurs, in andere kraptesectoren, zoals de bouw, financiële dienstverlening en energievoorziening, werken nauwelijks onderbenutte deeltijdwerkers. Daar zal de krapte op andere manieren bestreden moeten.

Waarom meer uren werken niet altijd lukt

Veel instellingen in de zorg en onderwijs hebben de laatste jaren al geprobeerd de deeltijdfactor in hun organisatie op te schroeven. Dat lukte maar mondjesmaat. Een van de belangrijkste knelpunten is dat meer werken niet te combineren valt met zorg- en huishoudelijke taken.

Van de werknemers die wel méér willen werken, worden aanvragen niet altijd gehonoreerd, omdat werkgevers de werknemers in kleine contracten willen houden, zodat ze flexibeler kunnen roosteren, bleek uit onderzoek van FNV.

Soms is het werk aan tijd gebonden, zodat het voor werkgevers lastig is om de wens tot meer uren te realiseren. Denk aan barpersoneel, keukenhulpen en chauffeurs in het leerlingenvervoer die graag onder kantoortijd meer zouden willen werken, terwijl de arbeidsvraag zich juist buiten de kantoortijden concentreert.

Buiten dat is meer uren werken niet altijd lonend, vermeldt een SER-rapport. Als je net op een kantelpunt zit, kan het zelfs gebeuren dat je netto minder overhoudt als je bruto meer gaat verdienen. Dat wordt ook wel de deeltijdklem genoemd. Dit komt door het complexe stelsel van belastingen, heffingskortingen en toeslagen. Mensen die financieel kwetsbaar zijn, durven de berekening vaak niet eens te maken, omdat ze bang zijn iets over het hoofd te zien.

Competenties

Het gemiddelde aantal uren dat iemand per week werkt, daalt al zestig jaar. Dat dit nog zal veranderen – zeker nu ook de jongste generatie op de arbeidsmarkt vloeit – is niet erg aannemelijk, zei Ronald Dekker, arbeidsmarktonderzoeker bij TNO, eerder in FlexNieuws. Dus zul je volgens hem naar andere manieren moeten kijken om de krapte op de arbeidsmarkt te verzachten. “Niet alleen naar de cijfers, maar ook naar de kwaliteit van werk. Hoe het binnen organisaties is georganiseerd bijvoorbeeld. Het effect ervan op de arbeidsmarktproblematiek wordt een beetje onderschat.” Zo geeft 30 procent van de werkenden aan dat hun competenties niet voldoende worden benut. “Uitzenders en detacheerders kunnen in dit gat springen door meer mensen te matchen op basis van hun competenties en hun ontwikkelpotentieel.”

Lees ook:

De ZiPredactie plaatst hier interviews en eigen artikelen. Daarnaast persberichten, aankondigingen of (met toestemming) overgenomen artikelen. (contact: info[AT]zipconomy.nl) Bekijk alle berichten van ZiPredactie

2 reacties op dit bericht

  1. “Van de werknemers die wel méér willen werken, worden aanvragen niet altijd gehonoreerd, omdat werkgevers de werknemers in kleine contracten willen houden, zodat ze flexibeler kunnen roosteren”
    Dat wordt dolle pret dan als er straks niet meer, of veel minder, met zzp’ers gewerkt kan worden. Die brengen juist bij uitstek flexibiliteit. Hopelijk gaat dit niet betekenen dat het vaste personeel nog kleinere contracten krijgt.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *